HOOFDSTUK 6: DE YOGA VAN DE MEDITATIE

Over de aard van de yoga en reïncarnatie

(1) De Allerhoogste Heer zei: 'Iemand die zonder hang is naar de vruchten en die zijn werk plichtmatig doet is van de wereldverzakende orde en een yogî, maar niet hij die zonder [offerandes in] het vuur is en zijn plicht niet doet. (2) Weet dat dat wat sannyâs wordt genoemd [de wereldverzakende orde] is wat iemand met het Allerhoogste verbindt, o zoon van Pându; voorzeker zal niemand ooit zo'n transcendentalist worden die niet het motief van de zelfzucht opgeeft. (3) Van de wijze die nog maar net begonnen is zegt men dat het door middel van arbeid is dat men zich verbindt, terwijl van diegenen die het bereikten wordt gezegd dat de gelijkheid het middel van de yoga is. (4) Als hij zeker nooit voor het heil van de zinnen bezig is met de noodzakelijke vruchtdragende arbeid, te dien tijde is hij een verzaker van de zelfzucht verheven in de yoga, zo zegt men. (5) Men moet zichzelf bevrijden door middel van nadenkendheid en zichzelf nooit naar beneden halen, daar voorzeker dat eigenbelang werkelijk zowel de vriend van de ziel als de vijand van het zelf is. (6) Het gewetensvolle is de beste vriend van de levende ziel die zichzelf door middel van zichzelf overwon, maar voor hen die onbezield zijn blijft dezelfde nadenkendheid als een vijand. (7) Zij die gewetensvol overwonnen en aldus de vrede realiseerden hebben de gelijkheid van de Superziel bereikt in kou en hitte, geluk en leed zowel als in eer als oneer. (8) De ziel bevredigd door kennis en wijsheid is in het spirituele en is verenigd in de controle over zijn zinnen en zodoende zegt men, dat de yogî onverschillig is wat betreft een kluit aarde, een steen of goud. (9) En het naar weldoeners, vriend en vijand, neutralen en scheidsrechters, hatende en welwillende verwanten, zowel als naar de zedigen als de zondaren hebben van een gelijke intelligentie, is [zelfs] meer gevorderd.

(10) De spirituele persoon [of yogî] moet altijd zichzelf herinneren, zich alleen in een afgezonderde positie bevindend, met een beheerst bewustzijn, zonder afleiding en zorgen over bezittingen. (11-12) Op een geheiligde plek moet hij niet te laag en niet te hoog een zitplaats regelen, een vulling ['kus'a-gras'] bedekken met een zachte doek ['hertenvel'] en dan zijn drukke geest vrij maken om eenpuntig van hart te zijn met zijn zinnen en activiteiten in het aannemen van yoga-houdingen. (13-14) Het lichaam, het hoofd en de nek recht houdend, niet bewegend, behoort hij te staren naar het puntje van zijn neus zonder ergens anders acht op te slaan. Met een kalm zelf, zonder vrees en trouw aan het celibaat, moet hij die zich verbindt neerzitten om het denken te onderwerpen en zich te concentreren op Mij als het uiteindelijke doel. (15) Voortdurend de bezieling praktizerend zoals gezegd, bereikt de mediterende met een gereguleerd denken de vrede en de hemelse woning der spirituele vereniging. (16) Maar, noch is er yoga als men te veel eet, noch als men excessief vast en ook niet met iemand die teveel slaapt, of met iemand die wakker blijft, o Arjuna. (17) Met de regulatie van het eten en recreëren, de plichten van onderhoud en de slaap en het waken, zal de yogapraktijk een einde maken aan de misère. (18) Als op deze wijze gedisciplineerd het bewustzijn zeker gevestigd is geraakt in het bovenzinnelijke zonder hang naar zinsbevrediging, dan zegt men dat men is verenigd [of in dienst is]. (19) De vergelijking met een lamp die buiten de wind niet flakkert, is waar men aan herinnerd wordt met een yogî wiens uitgebalanceerde bewustzijn verbonden is in het voortdurend bezig zijn in de ziel. (20-23) In die staat, waarin het bewustzijn tot rust komt door het doen van yoga vindt het zelf, dat zich zijn positie realiseert in het nadenkende van de ziel, zijn bevrediging. Het opperste geluk, waarvan men weet dat men zich er door intelligentie in het transcendente toegang toe kan verschaffen, zal voorzeker hem die zich er in bevindt nooit van de waarheid doen afdwalen. En wat nog meer je ook toevalt met het bereiken ervan wordt nooit beschouwd als zijnde meer dan dat, daar in die positie geen vorm van ellende, hoe moeilijk ook, je uit evenwicht kan brengen. Weet dat de vormen van ellende die resulteren uit het contact met de materie oplossen in deze eenmaking van de yoga. (24) Die yoga moet men in de praktijk brengen met een vaste overtuiging zonder af te dwalen in verstandelijke gissingen die uit lust worden geboren; men is zeker van al dit totale verzaken door de geest in het regelen van het hele zinsapparaat in alle opzichten.

(25) Geleidelijk aan, stap voor stap behoort men intelligent de geest terug te trekken met behulp van de overtuiging, die op het transcendente richtend, zonder er zelfs maar aan te denken het op een andere manier te maken. (26) Vanwaar de geprikkelde, wankelmoedige en instabiele geest ook dwaalt, moet men hem zeker terug leiden onder de controle van het beheersende zelf. (27) Deze yogî, wiens denken tot vrede is gebracht, bereikt met de tot rust gekomen hartstochten de spirituele bevrijding van het verlost zijn van alle terugslagen van zonde. (28) Op die manier altijd de ziel bezighoudend is de yogî bevrijd van zonde in de bovenzinnelijke vreugde van spirituele vereniging en bereikt hij aldus het nimmer eindigend geluk ervan. (29) De ziel in alle wezens en alle wezens in de ziel - dat is hoe iemand in de spirituele vereniging van de yoga overal ziet met gelijke blik. (30) Voor wie dan ook, die Mij overal ziet en alles in Mij ziet, ben Ik nooit verloren noch is hij verloren voor Mij. (31) Hij die Mij is toegewijd als Mij bevindend in het hart van een ieder, verwijlt in eenheid en wat de omstandigheden van een dergelijke transcendentalist ook zijn, hij zal altijd in Mij blijven. (32) Hij, o Arjuna, die, de vreugde en het verdriet overal vergelijkend, het gelijk beziet - een dergelijke yogî wordt beschouwd als zijnde de beste.'

(33) Arjuna zei: 'Van dit yoga-systeem in het algemeen door Jou uiteengezet, o Madhusûdana, zie ik, vanwege mijn rusteloosheid, de stabiliteit niet werken. (34) De geest is zeker wispelturig, o Krishna, hij brengt je van streek, is sterk en opstandig en die te onderwerpen is, denk ik, zo moeilijk als het beheersen van de wind.'

(35) De Opperheer zei: 'Ongetwijfeld, o machtig gearmde, is de rusteloze geest moeilijk in toom te houden, maar met vasthoudendheid, o zoon van Kuntî, en ook door onthechting kan hij worden beheerst. (36) Met een slecht gedisciplineerde geest is zelfverwerkelijking moeilijk, zoals Ik het zie, maar tewerk gaand met een praktische instelling naar behoren controle uitoefenend zal men het bereiken.'

(37) Arjuna zei: 'Wat is de lotsbestemming, o Krishna, die hem ten deelt valt die van zijn geloof viel en van het pad van de yoga afwijkt met zo'n geest die faalt in de hoogste volmaaktheid? (38) Gaat zo een iemand die beide [het geloof en de praktijk] kwijtgeraakt is niet ten onder als een verwaaide wolk zonder houvast, o machtig Gearmde, verward over het pad van het transcendente als hij is? (39) Dit is mijn twijfel, o Krishna, en ik vraag Je deze in z'n geheel te verdrijven, daar behalve Jou, er zeker geen ander te vinden is die de twijfel wegneemt.'

(40) De Allerhoogste Heer zei: 'O zoon van Prithâ, nooit is er in deze wereld, noch in de volgende vernietiging voor degene die bezig is met goede werken; voorzeker zal hij die het goede doet nooit in moeilijkheden eindigen. (41-42) Na het bereiken van de werelden van hen die zedig te werk gingen en na een verblijf van vele jaren aldaar, zal hij die viel van het pad van de yoga opnieuw geboorte nemen in het huis van hen die het goed gaat en zuiver zijn, of hij zal zeer zeker geboorte nemen in de familie van ervaren ingewijden in de yoga, alhoewel een dergelijke geboorte natuurlijk zeer zeldzaam is in deze wereld. (43) Daarna, zal hij het bewustzijn weer opwekken gewonnen in zijn vorige belichaming en zal hij opnieuw naar de perfectie streven, o zoon van Kuru. (44) Door die voorgaande praktijk, zal hij zich zeker uit zichzelf aangetrokken voelen en zelfs navraag doen naar de yoga en de routines van riten en gebeden overstijgen. (45) Methodisch tewerk gaand zal een dergelijke transcendentalist, al zijn zonden weggewassen ziend in het bereiken van de volmaaktheid door vele vele geboorten, daarna het hoogste doel [van de zelfverwerkelijking] bereiken. (46) Een yogî is groter dan de asceten en de wijzen en ook wordt een yogî beschouwd als zijnde groter dan zij die voor het profijt werken, derhalve o Arjuna, wordt een yogî. (47) En van alle soorten van yogî's, beschouw Ik degene, die uit volle overtuiging altijd in zichzelf aan Mij denkt en bovenzinnelijke dienst verricht, als de grootste.' 

   

 

 

 

 

 

Filognostisch* begrip van de Bhagavad Gîtâ van Orde

Tekst 1

De Allerhoogste Heer zei: 'Iemand die zonder hang is naar de vruchten en die zijn werk plichtmatig doet is van de wereldverzakende orde en een yogî, maar niet hij die zonder [offerandes in] het vuur is en zijn plicht niet doet.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

De fortuinlijke zei: 'Niets verwachtend van het werken voor de opbrengst, behoort hij, die zijn werk plichtmatig verricht, tot de afdeling der onthechte zielen en is hij een persoon die innerlijk verenigd en verbonden is, maar dat geldt niet voor degene die geen offers brengt en niet plichtmatig bezig is. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 2

Weet dat dat wat sannyâs wordt genoemd [de wereldverzakende orde] is wat iemand met het Allerhoogste verbindt, o zoon van Pându; voorzeker zal niemand ooit zo'n transcendentalist worden die niet het motief van de zelfzucht opgeeft.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Het is in deze afdeling der onthechte zielen dat men verbonden raakt o zoon van Pându; met het niet afzien van het zelfzuchtig motief is er geen sprake van dat men zich in het bewustzijn verenigt, is er geen sprake van dat men een âtmatattva-persoon is. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 3

Van de wijze die nog maar net begonnen is zegt men dat het door middel van arbeid is dat men zich verbindt, terwijl van diegenen die het bereikten wordt gezegd dat de gelijkheid het middel van de yoga is.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Men zegt van de beginner in deze praktijk van wijsheid dat het het verrichten van arbeid is waardoor men verbonden en verenigd raakt, maar van hen die het bereikten zegt men dat het te danken is aan de gelijkgezindheid. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 4

Als hij zeker nooit voor het heil van de zinnen bezig is met de noodzakelijke vruchtdragende arbeid, te dien tijde is hij een verzaker van de zelfzucht verheven in de yoga, zo zegt men.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Zo gauw de persoon niet langer het zintuiglijke ten dienst staat en hij het werken voor een resultaat heeft opgegeven, is hij op dat moment een verzaker van alle materiële verlangens die verheven is geraakt in deze wetenschap van de yoga van het verenigen van het bewustzijn. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 5

Men moet zichzelf bevrijden door middel van nadenkendheid en zichzelf nooit naar beneden halen, daar voorzeker dat eigenbelang werkelijk zowel de vriend van de ziel als de vijand van het zelf is.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Men moet erop letten nadenkend en aandachtig te zijn en niet door te draaien in negativiteiten, en daarbij in gedachten houden dat die nadenkendheid evenzo goed je vriend is als je vijand. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 6

Het gewetensvolle is de beste vriend van de levende ziel die zichzelf door middel van zichzelf overwon, maar voor hen die onbezield zijn blijft dezelfde nadenkendheid als een vijand.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Voor degene die zichzelf de baas is, is de geest de beste kameraad, maar voor hen die de ziel uit het oog verloren blijft de geest een vijand. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 7

Zij die gewetensvol overwonnen en aldus de vrede realiseerden hebben de gelijkheid van de Superziel bereikt in kou en hitte, geluk en leed zowel als in eer als oneer.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Als men als een kampioen in de nadenkendheid de vrede gevonden heeft, is men geheel en al van de grotere Ziel die de individuele zielen beheerst en die hetzelfde is in kou en hitte, in lief en leed, en in eer en oneer. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 8

De ziel bevredigd door kennis en wijsheid is in het spirituele en is verenigd in de controle over zijn zinnen en zodoende zegt men, dat de yogî onverschillig is wat betreft een kluit aarde, een steen of goud.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Tevreden met de âtmatattva en de wijsheid die erbij hoort kan een persoon van zichzelf op aan als hij het zinnelijke onder controle heeft, en het is om die reden dat hij die verenigd is er bekend om staat dat het hem om 't even is of het nu een kluit aarde, een steen of een klomp goud betreft. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 9

En het naar weldoeners, vriend en vijand, neutralen en scheidsrechters, hatende en welwillende verwanten, zowel als naar de zedigen als de zondaren hebben van een gelijke intelligentie, is [zelfs] meer gevorderd.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Het verst gevorderd is hij die gelijkgezind is jegens zowel vrienden en weldoeners als jegens vijanden, zowel in relatie tot haatdragende verwanten als in relatie tot verwanten die goedgezind zijn, alsook met degenen die het met de regels niet zo nauw nemen als met hen die toegewijd en trouw zijn. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 10

De spirituele persoon [of yogî] moet altijd zichzelf herinneren, zich alleen in een afgezonderde positie bevindend, met een beheerst bewustzijn, zonder afleiding en zorgen over bezittingen.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Teneinde verenigd te zijn in de yoga moet een persoon altijd zichzelf herinneren vanuit een afgezonderde positie waarin hij alleen kan zijn, waarin hij volledig aandachtig kan zijn, hij niet afgeleid wordt en hij zich geen zorgen hoeft te maken over bezittingen. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 11-12

Op een geheiligde plek moet hij niet te laag en niet te hoog een zitplaats regelen, een vulling ['kus'a-gras'] bedekken met een zachte doek ['hertenvel'] en dan zijn drukke geest vrij maken om eenpuntig van hart te zijn met zijn zinnen en activiteiten in het aannemen van yoga-houdingen.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Op een beschutte plek moet hij zorgen voor een comfortabele zitplaats die niet te hoog of te laag is met een zitkussen met een zachte overtrek, zodat hij, eenpuntig van aandacht, in staat is zijn hart vrij te maken met het beheersen van zijn geest, zijn zinnen en zijn spieren. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 13-14

Het lichaam, het hoofd en de nek recht houdend, niet bewegend, behoort hij te staren naar het puntje van zijn neus zonder ergens anders acht op te slaan. Met een kalm zelf, zonder vrees en trouw aan het celibaat, moet hij die zich verbindt neerzitten om het denken te onderwerpen en zich te concentreren op Mij als het uiteindelijke doel.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Zijn lichaam niet bewegend en met zijn nek en zijn hoofd recht, moet de yogabeoefenaar naar het puntje van zijn neus staren en nergens anders naar kijken. Met een kalm zelf, vrij van angst en zwerend bij het celibaat, moet hij zich dan geheel zelfbeheerst concentreren op het uiteindelijke doel van mij, op dat waar ik voor sta. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 15

Voortdurend de bezieling praktizerend zoals gezegd, bereikt de mediterende met een gereguleerd denken de vrede en de hemelse woning der spirituele vereniging.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Bevrijdt in het voorbije zal hij, die met de praktijk zoals nu uiteengezet zo de geest inperkt en het bewustzijn verenigt, aldus bezield bezig zijnd, de vrede bereiken van het spirituele bereik. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 16

Maar, noch is er yoga als men te veel eet, noch als men excessief vast, en ook niet met iemand die teveel slaapt, of met iemand die wakker blijft, o Arjuna.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Maar, Arjuna, de vereniging vindt niet echt plaats als men teveel eet, of als men teveel vast, en hetzelfde geldt voor teveel slapen en te lang wakker blijven. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 17

Met de regulatie van het eten en recreëren, de plichten van onderhoud en de slaap en het waken, zal de yogapraktijk een einde maken aan de misère.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Echter, als men met het doen van zijn yoga erin slaagt het slapen en waken te reguleren, zowel als het eten en het zich vermaken als de tijd voor persoonlijke zaken en de uren dat men werkt, zal er aan alle problemen een einde komen. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 18

Als op deze wijze gedisciplineerd het bewustzijn zeker gevestigd is geraakt in het bovenzinnelijke zonder hang naar zinsbevrediging, dan zegt men dat men is verenigd [of in dienst is].

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Als men, zonder te verlangen met allerhande lustmotieven, met de geest op deze manier gedisciplineerd, gevestigd raakt in de bovenzinnelijkheid, geldt dat men in dat geval in verbinding staat. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 19

De vergelijking met een lamp die buiten de wind niet flakkert, is waar men aan herinnerd wordt met een yogî wiens uitgebalanceerde bewustzijn verbonden is in het voortdurend bezig zijn in de ziel.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Je kan de verenigde persoon, wiens geest wordt beheerst door de regelmatige en constante meditatie van de ziel, vergelijken met een olielamp die niet flakkert als hij uit de wind is geplaatst. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 20-23

In die staat, waarin het bewustzijn tot rust komt door het doen van yoga vindt het zelf, dat zich zijn positie realiseert in het nadenkende van de ziel, zijn bevrediging. Het opperste geluk, waarvan men weet dat men zich er door intelligentie in het transcendente toegang toe kan verschaffen, zal voorzeker hem die zich er in bevindt nooit van de waarheid doen afdwalen. En wat nog meer je ook toevalt met het bereiken ervan wordt nooit beschouwd als zijnde meer dan dat, daar in die positie geen vorm van ellende, hoe moeilijk ook, je uit evenwicht kan brengen. Weet dat de vormen van ellende die resulteren uit het contact met de materie oplossen in deze eenmaking van de yoga.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

In de staat waarin de geest, afgekeerd van materiële zorgen, zijn rust vindt in het beoefenen van de vereniging, vindt men zijn bevrediging als men, in de zuiverheid van een dergelijke geest, zich bewust is van zijn plaats in de ziel. Het opperste geluk, waarvan men weet dat het met behulp van de intelligentie kan worden bereikt in de bovenzinnelijke positie, zal degene die het bereikt nooit van de waarheid vervreemden. En wat je ook nog meer moge inzien in die positie kan je nimmer waardevoller achten dan dat, omdat je vanuit die gelukzaligheid nooit overschaduwd raakt, hoe ernstig de problemen ook zijn. Weet dat in de vervoering van de yoga aan al de ellende van het in contact staan met de materiële wereld een einde komt. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 24

Die yoga moet men in de praktijk brengen met een vaste overtuiging zonder af te dwalen in verstandelijke gissingen die uit lust worden geboren; men is zeker van al dit totale verzaken door de geest in het regelen van het hele zinsapparaat in alle opzichten.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Verzeker je er dus van dat je die vereniging volijverig beoefent en jezelf niet verliest in gissingen die ontsproten aan je hang naar ongeregeld bezig zijn; je kan er zeker van zijn dat je geest geheel de aftocht zal blazen als het je gelukt is om dit voor je hele zintuiglijkheid te regelen. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 25

Geleidelijk aan, stap voor stap behoort men intelligent de geest terug te trekken met behulp van de overtuiging, die op het transcendente richtend, zonder er zelfs maar aan te denken het op een andere manier te maken.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Er niet over peinzend het op een andere manier klaar te spelen, moet men, met een intelligentie gedragen door overtuiging, stap voor stap de geest erin oefenen zich terug te trekken in de stabiliteit van de ziel. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 26

Vanwaar de geprikkelde, wankelmoedige en instabiele geest ook dwaalt, moet men hem zeker terug leiden onder de controle van het beheersende zelf.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Van waarheen ook de geest, die zo makkelijk in beroering raakt, wisselvallig en onstandvastig afdwaalt, moet men hem weer onder het gezag plaatsen van deze zelfregulatie. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 27

Deze yogî, wiens denken tot vrede is gebracht, bereikt met de tot rust gekomen hartstochten de spirituele bevrijding van het verlost zijn van alle terugslagen van zonde.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Hij die in verbinding staat bereikt de hoogste deugd als hij, bevrijd in de geest van het absolute, met zijn denken in vrede en zijn hartstocht geluwd, vrij is van onzuiverheden. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 28

Op die manier altijd de ziel bezighoudend is de yogî bevrijd van zonde in de bovenzinnelijke vreugde van spirituele vereniging en bereikt hij aldus het nimmer eindigend geluk ervan.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Met het altijd van de ziel zijn wordt aldus een onuitputtelijk geluk gevonden door de verenigde persoon die, op vrome wijze in contact staande met de geest der transcendentie, vrij is van alle materiële duisternis. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 29

De ziel in alle wezens en alle wezens in de ziel - dat is hoe iemand in de spirituele vereniging van de yoga overal ziet met gelijke blik.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Hij die verbonden is in het verenigde zelf beziet allen met een neutrale blik: hij ziet de ziel in alle levende wezens en alle levende wezens in de ziel. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 30

Voor wie dan ook, die Mij overal ziet en alles in Mij ziet, ben Ik nooit verloren noch is hij verloren voor Mij.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Voor hem die, als zodanig, mij herkent in alles en alles beziet als zich ophoudend in mij, ga ik nimmer verloren, noch zal hij ooit voor mij teloor gaan. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 31

Hij die Mij is toegewijd als Mij bevindend in het hart van een ieder, verwijlt in eenheid en wat de omstandigheden van een dergelijke transcendentalist ook zijn, hij zal altijd in Mij blijven.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Als men mij toegewijd is als me bevindend in ieders hart, bevindt men zich in eenheid, en van zulk een inzicht zijnde, zal zo iemand, verenigd in het bewustzijn, met mij altijd een leven hebben, ongeacht de omstandigheid. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 32

Hij, o Arjuna, die, de vreugde en het verdriet overal vergelijkend, het gelijk beziet - een dergelijke yogî wordt beschouwd als zijnde de beste.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Die transcendentalist die, op zijn gemak of ermee in moeilijkheden, erin slaagt zijn eigen zelf gelijk te richten met het zelf dat overal gelijkelijk aanwezig is, beschouwt men als zijnde volmaakt.' (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 33

Arjuna zei: 'Van dit yoga-systeem in het algemeen door Jou uiteengezet, o Madhusûdana, zie ik, vanwege mijn rusteloosheid, de stabiliteit niet werken.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Arjuna zei: 'Geëmotioneerd als ik op het ogenblik ben, heb ik er geen idee van hoe dit systeem van het zich verenigen, zoals je dat in het algemeen voor mij beschreven hebt o duivelbestrijder, mij enig houvast zou bieden. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 34

De geest is zeker wispelturig, o Krishna, hij brengt je van streek, is sterk en opstandig en die te onderwerpen is, denk ik, zo moeilijk als het beheersen van de wind.'

FILOGNOSTISCHE VERTALING

De geest, Krishna, is ontembaar, sterk en opstandig, en brengt je zo makkelijk van streek dat ik denk dat te doen wat jij zegt zo moeilijk is als het temmen van de wind.' (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 35

De Opperheer zei: 'Ongetwijfeld, o machtig gearmde, is de rusteloze geest moeilijk in toom te houden, maar met vasthoudendheid, o zoon van Kuntî, en ook door onthechting kan hij worden beheerst.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Hij van het geluk zei: 'Het lijdt geen twijfel dat, o man van beheersing, het moeilijk is de koppige geest onder controle te krijgen, maar, o zoon van Kuntî, met vasthoudendheid en onthechting kan het je lukken. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 36

Met een slecht gedisciplineerde geest is zelfverwerkelijking moeilijk, zoals Ik het zie, maar tewerk gaand met een praktische instelling naar behoren controle uitoefenend zal men het bereiken.'

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Met een wispelturige geest kan je het moeilijk hebben je eigen weg te vinden; zoals ik het zie bestaat de juiste methode om het te bereiken eruit de geest met iets zinnigs, iets praktisch, aan het werk te zetten: ga iets doen!' (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 37

Arjuna zei: 'Wat is de lotsbestemming, o Krishna, die hem ten deelt valt die van zijn geloof viel en van het pad van de yoga afwijkt met zo'n geest die faalt in de hoogste volmaaktheid?

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Arjuna zei: 'Maar welk lot treft dan hem, beste Krishna, die van zijn geloof gevallen, met een geest die de volmaaktheid mist, afdwaalt van het pad der vereniging? (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 38

Gaat zo een iemand die beide [het geloof en de praktijk] kwijtgeraakt is niet ten onder als een verwaaide wolk zonder houvast, o machtig Gearmde, verward over het pad van het transcendente als hij is?

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Is het niet zo, o machtige bestierder, dat als iemand zowel de weg kwijt is als zijn geloof, hij ten onder gaat als hij, als een wolk die verwaait in de wind, geen houvast meer vindt? (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 39

Dit is mijn twijfel, o Krishna, en ik vraag Je deze in z'n geheel te verdrijven, daar behalve Jou, er zeker geen ander te vinden is die de twijfel wegneemt.'

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Deze twijfel knaagt aan me Krishna, ik smeek het je, bevrijdt me daar geheel van, want er is hier niemand anders die dat kan.' (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 40

De Allerhoogste Heer zei: 'O zoon van Prithâ, nooit is er in deze wereld, noch in de volgende vernietiging voor degene die bezig is met goede werken; voorzeker zal hij die het goede doet nooit in moeilijkheden eindigen.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

De fortuinlijke zei: 'Beste zoon van Prithâ, noch in deze wereld, noch in het hiernamaals is het zo dat hij die van een gedegen handelwijze is zichzelf ooit de mist in zal zien gaan; hoe kan het met zo iemand nu verkeerd aflopen? (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 41-42

Na het bereiken van de werelden van hen die zedig te werk gingen en na een verblijf van vele jaren aldaar, zal hij die viel van het pad van de yoga opnieuw geboorte nemen in het huis van hen die het goed gaat en zuiver zijn, of hij zal zeer zeker geboorte nemen in de familie van ervaren ingewijden in de yoga, alhoewel een dergelijke geboorte natuurlijk zeer zeldzaam is in deze wereld.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Met het voor vele jaren geleefd hebben van een leven van succes en goede daden, zal degene die het spoor van de innerlijke vereniging bijster raakte, weer tot leven komen in het huis van degene die vol van begrip en eerlijk is. Of anders kan hij een leven vinden in een gezelschap van transcendentalisten van grote wijsheid; maar natuurlijk is men maar hoogst zelden op die manier van een nieuw leven in deze wereld. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 43

Daarna, zal hij het bewustzijn weer opwekken gewonnen in zijn vorige belichaming en zal hij opnieuw naar de perfectie streven, o zoon van Kuru.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Met de intelligentie de draad weer oppakkend waar hij gebleven was in zijn voorgaande bestaan, o zoon van Pându, zal hij daarop weer opnieuw ijveren voor de volmaaktheid. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 44

Door die voorgaande praktijk, zal hij zich zeker uit zichzelf aangetrokken voelen en zelfs navraag doen naar de yoga en de routines van riten en gebeden overstijgen.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Van binnenuit gedreven tot zijn voorgaande praktijk zal hij belangstelling hebben voor de bewustzijnsvereniging en zal hij erin slagen de routines zoals die zijn vastgelegd in de boeken te ontstijgen. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 45

Methodisch tewerk gaand zal een dergelijke transcendentalist, al zijn zonden weggewassen ziend in het bereiken van de volmaaktheid door vele vele geboorten, daarna het hoogste doel [van de zelfverwerkelijking] bereiken.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Systematisch in zijn benadering zal zo een spirituele persoon, leven na leven geleidelijk de perfectie bereikend, al de onzuiverheden uit zijn ziel weggewassen zien en zo de positie bereiken waarin hij de dualiteit de baas is. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 46

Een yogî is groter dan de asceten en de wijzen en ook wordt een yogî beschouwd als zijnde groter dan zij die voor het profijt werken, derhalve o Arjuna, wordt een yogî.

FILOGNOSTISCHE VERTALING

Zij die verenigd zijn in het bewustzijn staan boven degenen die er enkel maar een filosofie op nahouden, en ook staan ze boven degenen die zich enkel maar inspannen voor de vrucht der arbeid; wees daarom, Arjuna, van het eerstgenoemde. (Sanskriet & traditie)

 

Tekst 47

En van alle soorten van yogî's, beschouw Ik degene, die uit volle overtuiging altijd in zichzelf aan Mij denkt en bovenzinnelijke dienst verricht, als de grootste.' 

FILOGNOSTISCHE VERTALING

En van al degenen die innerlijk verenigd zijn beschouw ik hen die zich mij, als zijnde de integriteit van dat alles, trouw weten te herinneren en te dienen, als de grootsten.' (Sanskriet & traditie)

 
 

 

Versies geraadpleegd:

- Een Lied van Geluk - Een moderne Gîtâ - de moderne versie van filognosie (ook in mp3-audio).

- Een Lied van Geluk - Een Klassieke Gîtâ - de klassieke versie van filognosie.

- The Bhagavad Gîta-as-it-is by Swami Bhaktivedânta Prabhupâda (PDF-download).

- The Bhagavad Gîta-as-it-is: online (version 1.0).

- The Bhagavad Gita by the Bhagavad Gita Trust.

- Bhagavad Gita by Sanderson Beck.

- Bhagavad Gita by Ramanad Prasad (American Gita society).

- Srimad Bhagavad-gita - The Hidden Treasure of the Sweet Absolute (from the Vaishnav' S'rî Caitanya Saraswath math).

Sanskrit dictionary: (Monier-Williams' 'Sanskrit-English Dictionary').

  

 

   

 
     Bestel het boek: 'Een Lied van Geluk - Een klassieke Gîtâ' 



 

 

Productie en copyright van deze vertaling: Anand Aadhar Prabhu              
De filognostische vertaling is van dezelfde auteur.              
2007©Bhagavata.org